Eerste indruk: Apple iPad Mini (2013)

Eerste indruk: Apple iPad Mini (2013)

02-12-2013 09:15 Laatste update: 28-04-2018 08:53

Bij de eerste iPad Mini deed je nog concessies. De tweede generatie met retinascherm is net zo krachtig als zijn grote broer.

Vorig jaar lanceerde Apple de iPad Mini. Het stapte af van de stellige houding dat 10 inch (9,7 om precies te zijn) het ideale formaat is voor een tablet. De Mini heeft een 7,9 inch scherm met dunnere randen, waardoor je de tablet nog met één hand kunt vasthouden. De kleinere iPad werd ondanks scepsis bij critici - Apple werd met deze introductie als volger gezien - warm ontvangen bij het publiek en kannibaliseerde de verkoop van grote iPad. Je deed echter wel concessies.

De eerste generatie Mini beschikte niet over een retescherp retinascherm als op de grote iPad en iPhone. De chip binnenin was ook niet de snelste, de A5. De eerste Mini was technisch gezien eigenlijk een kleine iPad 2 (uit 2011). Die achterstelling is bij de tweede generatie iPad Mini verleden tijd. De nieuwe iPad Air en de nieuwe Mini zijn even krachtig: zelfde chip, zelfde batterijduur, zelfde camera's. Zelfs de vormgeving is identiek. De Air en Mini zijn simpelweg twee verschillende maten van dezelfde iPad.

Er zijn verschillen, maar die zijn verwaarloosbaar. De kloksnelheid van de A7 chip ligt op de Air iets hoger dan de Mini (1,4 Ghz om 1,3) en andersom laadt de Mini ondanks een zwakkere adapter (10 Watt om 12) iets sneller op. Je zult er in de praktijk weinig van merken. Ik heb zowel de Air als de nieuwe Mini in gebruik; beide tablets hebben veel brute kracht, een absurd lange batterijduur en het retinascherm is een genot om naar te kijken. Wat me wel opviel: de nieuwe Air voelt als een grote iPad Mini. Dat is vooral de verdienste van de nieuwe Air, die door zijn geringe gewicht de grote iPad weer op de kaart heeft gezet.

Komen we bij de hamvraag welke iPad je dan moet hebben. Ik laat de concurrentie in het Android kamp, met geduchte tablets als de Google Nexus 7, Samsung Galaxy Tab 3 8.0 en de LG G Pad 8.3, en bij Windows de Microsoft Surface 2 en de Nokia Lumia 2520 voor nu buiten beschouwing.

De keuze tussen een Air en de nieuwe Mini is er vooral een van gebruik. Is de iPad een (potentiële) laptopvervanger voor je of kijk je veel video, dan is de Air voor jou. Lees je vooral - boeken, web, mail, social - of ga je voor draagbaarheid, dan kom je bij de Mini uit. Niet zo ingewikkeld. Is de Mini dan niet veel goedkoper dan de Air? Nou nee, dat vind ik wel meevallen. De instapuitvoering van beide iPads, met alleen wifi en 16 gb capaciteit, schelen slechts 90 euro: 389 om 479. Ook het gewichtverschil valt mee: 138 gram. Je hoeft dus alleen maar na te denken over de schermgrootte en waarvoor je een iPad wilt gebruiken. (Dat laatste is overigens niet per se een sinecure, de tablet is nog een jong apparaat zonder afgetekend profiel.)

Als je al een Mini had, dan is een upgrade naar de nieuwe zeker het overwegen waard. Als je de Mini's met grote iPads vergelijkt, dan ga je van een iPad 2 naar een 'iPad 5' (de Air). Dat is een enorme upgrade. Mocht je zo slim zijn geweest om de eerste Mini over te slaan, wetende dat de opvolger zeer waarschijnlijk wél over een retinascherm zou beschikken, dan wordt je wachten beloond.

Het enige wat ik nog mis, op zowel de nieuwe Mini als de Air, is Touch ID, zoals dat door Apple op de iPhone 5s is geïntroduceerd. Een first world problem dat vast volgend jaar wordt gefixt.