Google schrok zich rot van de eerste iPhone

Dat Apple de wereld in 2007 verraste met de iPhone, is bekend. Nu weten we ook hoe Google destijds reageerde.

Het is ongetwijfeld een van de meest bepalende momenten in de recente technologiegeschiedenis: op 9 januari 2007 onthulde Steve Jobs de eerste iPhone. Een telefoon met toen nog gigantisch touchscreen, en zonder toetsenbordje. De wereld stond destijds versteld, inclusief Google. Althans, het Android-team binnen Google, schrijft auteur Fred Vogelstein in zijn boek Dogfight: How Apple and Google went to war and started a revolution.

Een deel van het tweede hoofdstuk van het boek is te lezen op The Atlantic. Vogelstein sprak Google-engineer Chris DeSalvo, die nog weet wat zijn reactie in 2007 was. "Als consument was ik weggeblazen", zegt DeSalvo. "Ik wilde er onmiddellijk één. Maar als Google-engineer dacht ik: we moeten opnieuw beginnen."

Ook Android-oprichter Andy Rubin reageerde geschrokken. Android was al twee jaar in ontwikkeling en hoewel Google ook aan een versie voor touchscreens werkte, lag de nadruk op Android voor Blackberry-achtige apparaten. "Holy crap", zou Rubin hebben gezegd, op weg naar één van de fabrikanten die een dergelijk Android-toestel zou overwegen. "Die telefoon kunnen we dus niet meer gaan verkopen."

Er gingen toen al jaren geruchten dat Apple aan een telefoon zou werken, erg bedreigend leek dat toen nog niet. "We wisten dat Apple een telefoon ging aankondigen", zegt Android-ontwikkelaar Ethan Beard. "We dachten alleen niet dat hij zo goed zo zijn."

In de rest van het boek is onder meer te lezen hoe Google zich revancheerde. Eind 2008 kwam de eerste Android-telefoon op de markt, de HTC Dream (hier bekend als de T-Mobile G1). Het toestel had een touchscreen en uitschuiftoetsenbord en was de eerste stap naar wat Google met Android van plan was, zij het in een wat andere vorm. Vijf jaar later hebben Apple en Google het grootste deel van de smartphonemarkt in handen. Reuzen van weleer als Nokia en Blackberry zijn de klap in tegenstelling tot Google nog steeds niet te boven.