Internetadressen op rantsoen

Internetadressen op rantsoen

17-09-2012 07:57 Laatste update: 28-04-2018 16:07

Het aantal internetadressen gebaseerd op het IPv4-protocol is bijna op. De laatste worden nu op rantsoen uitgedeeld.

Ieder apparaat aangesloten op internet heeft een eigen uniek adres, een zogeheten IPv4 internetadres. Begin tachtiger jaren toen het protocol voor internetadressering bedacht werd, voorzag niemand dat internet zo explosief zou groeien. Het IPv4-protocol kan maximaal zo'n vier miljard adressen aan.

Dat leek destijd oneindig veel omdat niemand vermoedde dat naast computers ook allerlei andere apparaten met internet verbonden zouden worden, waaronder smartphones, tablets, weegschalen, televisies etc. We leven inmiddels in het tijdperk van het internet of things waar iedereen en alles met elkaar verbonden is, van gloeilampen tot pacemakers. Geen wonder dat de voorraad van 4 miljard internetadressen nagenoeg op is.

Begin september waren er nog zo’n 22 miljoen IPv4-adressen beschikbaar. Nu is dat aantal al geslonken tot onder de 18 miljoen. RIPE, de organisatie die in Europa, het Midden Oosten en in delen van Azië verantwoordelijk is voor de uitgifte van deze internetadressen, verdeelt nu met restricties de laatste groepen adressen aan landen en bedrijven. Bedrijven kunnen vanaf nu maximaal één aanvraag doen en als die toegekend wordt, krijgen ze niet meer dan 1024 adressen. Bovendien moeten de bedrijven aan kunnen tonen hoe ze gebruik gaan maken van het nieuwe internetadresseringsprotocol IPv6.

Al jaren waarschuwen organisaties zoals RIPE dat de dag er aankomt dat de oude adressen opraken en dat overheden en bedrijven zich technisch moeten voorbereiden op de overstap naar IPv6-adressen die vrijwel ongelimiteerd in aantal zijn. Moderne versies van Linux, Windows en OS X zijn er op voorbereid en dat geldt ook voor de meeste providers en grote internetbedrijven. Oudere systemen kunnen wel problemen gaan ondervinden als de overstap van IPv4 naar IPv6 massaal wordt genomen. Die dag is nu heel dichtbij.