Van speelgoed tot speelfilm

Speelgoed van Hasbro, twintig minuten durende tekenfilms en stapels stripboeken.

Na het succes in de jaren ’80 zijn de Transformers eindelijk terug. Als echte bioscoopfilm.

De eeuwige strijd tussen de goede Autobots en de slechte Decepticons, ooit in 1984 begonnen, gaat gewoon door. De film, met Steven Spielberg en Michael Bay (Armageddon, Bad Boys II) aan het roer, draait om de Allspark, het kloppende kubusvormige hart van alle Transformers. Megatron en zijn Decepticons zijn vastbesloten de Allspark in handen te krijgen, want onoverwinnelijkheid staat op het spel. De oorlog tussen de twee rivalen leidt tot de totale verwoesting van de planeet Cybertron, de thuisbasis van de Autobots, en de Allspark komt op aarde terecht. Voor de Transformers zit er niets anders op dan ook naar de aarde af te reizen.

Zo kennen we ze ook.

Waar in de tekenfilmserie alles om de robots draait, is dat in de film precies andersom. Dat zal vast een budgetkwestie zijn, maar het blijft opmerkelijk dat in deze versie de jonge Sam Witwicky centraal staat, en niet één van de gelikte Transformers waar het uiteindelijk om draait. Toch blijkt het lot van de wereld juist in zijn handen te liggen. Klinkt niet echt logisch, maar dat heeft te maken met de bril van Witwicky's opa, die tijdens een expeditie de ingevroren transformer Megatron ontdekte. Op de bril, nu in handen van Witwicky, staan gegevens over de locatie van de Allspark. Om het even makkelijk te maken zeg maar.

Terwijl de Decepticons zich uitleven op het Amerikaanse leger, pakken de Autobots het op een andere manier aan. Als Sam van zijn vader een nieuwe auto mag uitzoeken kiest hij de gele Chevrolet Camaro, de getransformeerde Autobot Bumblebee.

Bumblebee rust uit op de set.

Het transformeren van onze Transformer-vrienden gaat feilloos. Over de computeranimaties niets dan goeds. De heftige scènes waarin de Transformer-rivalen elkaar te lijf gaan en elkaar tot schroot slaan zijn zeker niet slecht. Wel chaotisch. Transformers die met het verkeer bowlen, wolkenkrabbers beuken en met straaljagers stoeien zijn zelfs een feest om naar te kijken. Dat maakt de teleurstelling overigens extra groot zodra ze weer uit beeld verdwijnen. Bay probeert dat op te lossen met een flinke dosis humor, maar dat mislukt in de meeste gevallen hopeloos, met als dieptepunt het verstoppen van de Autobots in de achtertuin van Sam, omdat zijn moeder ze niet mag zien. Jammer.

De oude speelgoededities kunnen weer afgestoft worden.

Gelukkig worden deze misstappen deels goedgemaakt met het laatste, allesbeslissende duel tussen aartsvijanden Megatron en Optimus Prime. Weer chaotisch, maar wel precies datgene waarvoor je naar de bioscoop komt.

Scene uit de tekenfilm.

Trailer van de speelfilm.