30 :: Het mirakel aan de Han  rivier

30 :: Het mirakel aan de Han rivier

29-10-2009 09:35 Laatste update: 29-04-2018 08:06

Een portret van een ambitieuze stad in een hardwerkend land dat groots inzet op tech, duurzaamheid en design.

Vijftig jaar geleden was Seoel compleet verwoest, in 2010 is de metropool uitgeroepen tot World Design Capital. De hoofdstad van Zuid-Korea is ook de zetel van Samsung dat in recordtijd is uitgegroeid tot de grootste elektronicaproducent ter wereld. Een portret van een ambitieuze stad in een hardwerkend land dat oog heeft voor duurzaamheid.

Het is oppassen dat je geen oog verliest in de metro van Seoel. Massaal steken antennes uit gekantelde mobiele telefoontjes waarop gretig naar populaire Koreaanse dramaseries, komedies of nieuwsbulletins wordt gekeken. Digitale televisie op mobieltjes; dat is voor Koreanen net zo normaal als water uit de kraan. Draadloos internet in de metro wordt bijna opgeleverd. Als je uitstapt en uitcheckt met de prima werkende chipkaart, moet je dikwijls een ommetje maken: uitgangen zijn afgesloten met schuttingen waarop tekeningen staan van futuristische gebouwen vol groen en de nieuwste technische snufjes. Seoel bouwt daarachter letterlijk en figuurlijk aan zijn toekomst.

Een puinhoop was het vijftig jaar geleden. De Koreaanse burgeroorlog liet een compleet verwoeste hoofdstad achter. Doken in het naoorlogse Rotterdam architecten en planologen vol goede ideeën op hun stad, het compleet berooide Seoel kon zich dergelijke luxe niet veroorloven. Er was maar één prioriteit en dat waren een paar muren en een dak boven het hoofd om te overleven. Seoel werd een grote veredelde sloppenwijk. De chaos van kleine straten tussen de op elkaar gepropte, kriskras geplaatste woningen is nog steeds een overheersend beeld in de stad. Eerst maar weer eens wat geld verdienen.

Gezien het bergachtige Korea nauwelijks beschikt over natuurlijke bronnen focuste het land zich op een kenniseconomie. Het volk zette de schouders eronder door vooral keihard te werken. Anno 2009 is Samsung Electronics de grootste fabrikant van elektronica ter wereld, staat Hyundai in de top vijf van autofabrikanten, groeit LG uit tot een van 's werelds belangrijkste elektronicaconcerns en is het land nummer één op de wereld qua scheepsbouw.

Zelfvertrouwen
‘Wij zijn Koreanen en er is niets wat we niet kunnen.' Goede kans dat je met deze boodschap onder de arm gestoken de bioscoop uit loopt na het zien van een Koreaanse filmhit. Na talloze invasies van Japan, de verwoestende burgeroorlog en dictatoren zijn de Koreanen eindelijk een vrij volk, en dat zullen we weten ook. Ondergesneeuwd tussen China en Japan leek Korea lange tijd het ondergeschoven kindje in de regio. Maar die tijd is voorbij, het nationale minderwaardigheidscomplex is aan het smelten.

‘Korea is niet langer een land in de periferie', zei president Lee Myung Bak vorige maand in een toespraak. In zijn periode als burgemeester van Seoel bracht hij het groen terug in de stad, als president runt hij zijn land als een bedrijf. Uiteraard met kritiek vanuit de bevolking, maar wel met gunstige gevolgen voor conglomeraten als de Samsung Group, waar niet alleen het elektronicabedrijf onder valt, maar ook nog een waslijst aan andere bedrijven. Van scheepsbouwer tot damesmode, van museum tot ziekenhuis; samen met Hyundai en LG bezitten de chaebols (familieconglomeraten) het merendeel van het dagelijks leven in Zuid-Korea. En nu dus ook in de wereld.

Sleutelproducten
Bij Samsung kon de champagne weer ontkurkt worden bij de laatste kwartaalcijfers. Maar eigenlijk vallen dergelijke berichten, net zoals bijvoorbeeld de vervijfvoudiging van de verkoop van led-schermen, weinig op in een eindeloze stroom hosannanieuws over het bedrijf dat in 1969 begon met het produceren van elektronica. Aartsrivaal Japan verslaan in de dominante marktpositie was destijds slechts een natte droom. Maar hij kwam uit; de fiere Japanners moesten toegeven. En inbinden. In 2005 heeft Sony zijn trots opzij durven zetten om met Samsung samen te werken. Lcd-schermen in de Sony tv's komen vandaag de dag van de Koreaanse gigant. In 1999 ging Philips voor lcd-schermen al een soortgelijke samenwerking aan met LG, na landgenoot Samsung 's werelds tweede grootste maker van lcd-schermen. Als grootste chipleverancier vinden we Samsung overigens ook terug in de iPods van Apple.

Degelijke deals creëerden enigszins kromme verhoudingen, want hoewel Samsung een belanrijke leverancier is voor de grote jongens in het buitenland, was er tot een maand geleden nog geen iPhone te koop in Korea. De markt wordt op veel terreinen afgeschermd voor buitenlandse fabrikanten. Met de opheffing van het iPhone-verbod lijkt er niet alleen in de markt voor telefoons speling te komen, steeds meer andere segmenten, zoals de auto-industrie, kunnen hardere concurrentie gaan verwachten. Met zijn internationale positie moet Samsung dat makkelijk aankunnen.

'Samsung is scary', schreef de Japanse managementexpert Toshiaki Kitaoka een paar jaar geleden in een van zijn boeken vanuit het oogpunt van zijn vaderland. Volgens hem moet een bedrijf zich richten op sleutelproducten. De Koreanen doen dat. Met specialisaties in chips, lcd-schermen en nu ook telefoons heeft Samsung de focus op zijn hardware, terwijl het Japanse Sony zich tevens ontplooide als platenmaatschappij, filmdistributeur, gamefabrikant en zelfs als bankier. Intussen is Samsung de grootste fabrikant van de nieuwe led-tv's met maar liefst 60 procent van de wereldwijde led-markt.

Het Japanse Sharp volgt op nummer twee met 27,5 procent. Andere nieuwe paradepaardjes zijn de telefoons die met series tegelijk op de markt worden uitgestort. Zowat elke dag gaat er een persbericht uit dat claimt dat er nu een telefoon is die alle andere telefoons overbodig maakt. Valse bescheidenheid is al lang niet meer nodig.
In ons eigen land ging Samsung er op de Telecom Awards dit jaar vandoor met de prijs voor beste smartphone. De andere Koreaan, LG, mocht de prijs voor beste standaardtelefoon meenemen. Een van de nieuwste telefoons is gemaakt van gerecycled plastic en oplaadbaar met zonne-energie. Met dergelijke innovaties schopte Samsung het tot nummer tien in de lijst van internationale bedrijven die bijdragen aan het tegengaan van klimaatverandering.

Duurzaam hart
Klimaatverandering is wereldwijd een grote discussie, zo ook in Korea. Verschil is dat de ijverige Koreanen er graag direct groot werk van maken. Hoewel de energieslurpende airconditioning hartje zomer in de metro zo hard staat dat je soms maar beter een extra trui aan kan trekken, schieten duurzame projecten als paddenstoelen uit de grond. Bekendst is het megaproject Nieuw Songdo. Op een lege vlakte bij Incheon (een uur van Seoel) aan de westkust verrijst een duurzame stad met een kostenplaatje van zo'n 15 miljard euro. De New Yorkse architecten Kohn Pedersen Fox mochten op de 6000 vierkante meter een nieuw duurzaam hart bouwen voor de bloeiende Koreaanse kenniseconomie. Met een hoog Minority Report-gehalte qua technologie, maar ook met oog voor groen.

De stad is de eerste in het LEED programma - Leadership in Energy and Environmental Design. Maar het kan nog duurzamer, dachten de Koreanen. Onder de noemer Gwanggyo Power Centre zijn er plannen voor een stad, een stuk kleiner dan Nieuw Songdo weliswaar, die compleet zelfvoorzienend is in zijn energie. Het Rotterdamse architectenbureau MVRDV mag het duurzame hoogstandje ontwerpen. De tekeningen laten een omgeving zien die nog het meeste weg heeft van een futuristische versie van de Shire uit Lord of the Rings. Ronde vormen vol groene bouwwerken die uit de aarde lijken te pieken, met binnenin hypermodern design en veel licht en ruimte.
Niet alleen dergelijke megaprojecten typeren de Koreaanse honger naar modern en duurzaam design. In Seoel is de tijd rijp om de chaotische architectuurloze wijken te slopen in ruil voor ruimtelijke, moderne buurten. Korea kan zich de oude traditionele bouwcultuur die gebaseerd is op het in harmonie zijn met de natuur weer veroorloven, zij het op een hypermoderne manier. Myung Bak herstelde in zijn tijd als burgemeester van Seoel de Cheonggyecheon, een ondergrondse rivier van zes kilometer lang die in de jaren zestig dichtgegooid werd om er brede snelle wegen op te bouwen. Het asfalt maakte plaats voor een groene strook van rust en natuur aan het kabbelende riviertje. Intussen wordt er hard gewerkt om de tientallen kilometers lange oevers van de grote Han rivier, die dwars door de stad loopt, eveneens om te vormen tot parken waar rust en natuur de hoofdrol spelen. De lijst van dergelijke metamorfoses is eindeloos.

In 2011 wordt het nieuwe stadhuis geopend, dat hét symbool van Seoel als groene duurzame stad moet worden. Het oudste stadion in de stad maakt plaats voor het Dongdeamun Design Plaza & Park, een futuristische zone waarin cultuur, recreatie en shoppen worden verwerkt. In maart moet het project opgeleverd worden, dat is net op tijd voor Seoul World Design Capital 2010. De stad kreeg deze eer toegewezen vanwege zijn opkomende positie in design.

Designrevolutie
'Zonder design geen toekomst voor Seoel', stelt de huidige burgemeester Oh Se-Hoon maar al te vaak in interviews. 'Ik wil dat mensen over de hele wereld zeggen: als je de laatste trends op het gebied van design wilt zien, dan moet je in Seoel zijn. Korea heeft de wereld verbaasd met zijn economische "Mirakel aan de Han Rivier", nu is het tijd dat het land een centrum voor design wordt.'
De rammelende honger voor internationale aandacht van Oh Se-Hoon tekent de opstelling van de politiek en het bedrijfsleven van Korea. Zo legt de Koreaanse toeristenorganisatie de lat voor meer bezoekers met sprongen hoger en gaat er geen interview met de president van Samsung voorbij zonder dat deze zegt dat Samsung volgend jaar de grootste en beste van de wereld wil zijn op het gebied van the next big thing.

Die onstilbare drang om grote mooie dingen te laten zien, wordt soms ook wel sceptisch ontvangen. Dit jaar opende een kunstwerk aan een brug dat per minuut zo'n 190 ton water uit bijna tienduizend tuitjes spuit. Mooi, groots, maar het ziet er ook energieslurpend uit. Ook het plannen van kolossale moderne wolkenkrabbers nabij eeuwenoude tempels die op de UNESCO-lijst staan, wordt niet door iedereen gewaardeerd.

Wel gevierd worden de designers zelf. Minsuk Cho is een van de bekendste. Deze architect werkte voorheen voor Rem Koolhaas in Rotterdam, die zelf ook een aantal gebouwen in de stad heeft staan, maar doet nu het ene na het andere megaproject in Seoel met zijn eigen architectenbureau Mass Studies. Met het Club Monaco gebouw sleepte hij de prestigieuze Emporis prijs voor wolkenkrabbers binnen, vooral voor zijn aandacht voor - hoe kan het ook anders - groen. Bomen groeien er op diverse verdiepingen. Bij de winkel van de Belgische modeontwerpster Ann Demeulemeester elders in de stad is zelfs het hele gebouw bedekt met muurplanten.

Vooralsnog staan de moderne hoogstandjes in de zee van chaos die Seoel heet, maar meer en meer wordt de stad aantrekkelijker voor de moderne toerist. De luxe-industrie rijst met de designrevolutie mee. Was er tot vijf jaar geleden nog geen designhotel te vinden, nu hebben W Hotel en Park Hyatt zeer hoogstaande hotels neergezet om je vingers bij af te likken. De elektronicafabrikanten hebben van hun showrooms haast gadgetpretparken gemaakt, en als dat niet pretpark genoeg is, is er binnenkort genoeg te zien in de Digital Media City, het begoogde Silicon Valley van Korea inclusief showrooms. In 2014 opent een enorm robotthemapark, want ook in robottechniek wil Korea uiteraard de nummer één zijn. Voor de zonvakantieganger opent in de kustgebieden het ene na het andere luxeresort. En de raceliefhebber moet vanaf 2010 ook in Korea zijn, de Formule 1 daalt dan voor het eerst neer op een splinternieuw circuit. Seoel is de 21e eeuw voortvarend begonnen en ligt wereldwijd op pole position.

Tekst: Bas Verbeek Beeld: Daan Vermeer