Europa kruipt naar één grote internetmarkt

Europa kruipt naar één grote internetmarkt

25-07-2011 21:33 Laatste update: 28-04-2018 22:19

Sjoerd Arends

Één internetmarkt in heel Europa. Dat is al jaren lang de visie. Maar schiet dat een beetje op?

Internet heeft geen grenzen, maar de wetgeving wel. Maar welke grenzen lopen rondom Nederland en welke om Europa? Na jarenlang timmeren aan de weg wordt het overgrote deel van het internetrecht nog nationaal geregeld en een Europese cloud waarin onze gegevens rechtelijk worden beschermd is er ook niet. Gaat het nog wat worden met het eensgezinde Europees internet waar de Europese Commissie van droomt? Tijd voor een overzicht.

Jaren geleden werd een digitale agenda in het leven geroepen om Europa van een gezonde, eensgezinde internetmarkt te voorzien. Zover is het echter nog lang niet. In verschillende lidstaten zijn uiteenlopende wetten actief. Zelfs een grote dienst als Spotify is niet in alle Europese landen beschikbaar omdat het niet strookt met nationale wetgeving. En dit terwijl Neelie Kroes, commissaris van de Digitale Agenda, in 2009 al de vraag stelde: 'hoe is het mogelijk dat je een cd in een webwinkel kunt kopen en deze overal in Europa kunt laten bezorgen, maar dat het moeilijker is om precies hetzelfde product als download te krijgen?' Of in dit geval: streaming. Daar moet iets aan gebeuren.

Gelukkig hebben we nog even, want de Digitale Agenda verwoordt een visie die gerealiseerd moet zijn in het jaar 2020. Het actieplan is misschien wel even log en uitgebreid als de EU zelf, maar de visie is duidelijk: in het jaar 2020 moeten de grenzen binnen Europa zijn weggevaagd als het gaat om internet. Iedereen heeft een snelle verbinding, er zijn geen belachelijk hoge roamingkosten in andere lidstaten, licenties van digitale producten zijn overal geldig, er komt een algemene aanpak van piraterij, we kunnen betalen via internetbankieren met één Europese dienst en zo zijn er nog tientallen voorbeelden te noemen.

Dit alles moet zorgen voor een gezonde, open markt in Europa. Dit biedt bijvoorbeeld perspectief voor de online muziekindustrie, want de barrières die verschillende lidstaten opwerpen zijn één van de redenen waarom start-ups zo langzaam van de grond komen in Europa. Daarvoor kunnen we weer het Zweedse Spotify als voorbeeld nemen, dat in elke lidstaat opnieuw afspraken moet maken over licenties. Dit gekruip zorgt voor vertraging en daardoor voor een slechte positie ten opzichte van internetbedrijven in andere landen waar diensten veel sneller en gemakkelijker een grote markt pakken, zoals Amerika.

Onlangs heeft de EC een blueprint online gezet waarin staat wat we in afzienbare tijd kunnen verwachten op het gebied van internetrecht. In het persbericht bij de blueprint legt de commissie de vinger op de gevoelige plek: de aanpak van piraterij. Er moet een balans worden gezocht tussen een vrij internet, maar wel met genoeg restricties om een gezonde markt te creëren. Daarom worden wetten rondom intellectueel eigendom op de schop genomen om de verschillen tussen lidstaten glad te strijken.

Zo moeten kopierechten op Europees niveau worden vastgelegd, in plaats van op nationaal niveau. De Europese Commissie laat weten dat ze daarbij vooral focussen op de muziekindustrie. In de tweede helft van dit jaar wordt het wetsvoorstel hiervoor ingediend.

En natuurlijk volgt dan de aanpak van piraterij. Op een EU-website wordt geclaimd dat illegale distributie de muziek-, film-, televisie- en software-industrie 10 miljard euro heeft gekost en 185.000 banen in 2008 alleen. Critici zeggen echter dat deze cijfers niet gebaseerd zijn op eigen onderzoek maar op cijfers uit de media-industrie en daardoor onbetrouwbaar.

De maatregelen die hiervoor getroffen worden zijn niet duidelijk op te maken uit de blueprint van de EC en berichten hierover zijn tegenstrijdig. Een paar maanden geleden lekte een bericht naar persbureau Reuters waarin stond dat internetproviders een grotere rol moeten gaan spelen in de aanpak van piraterij. Een recenter rapport stelt echter dat dit niet de oplossing is, maar dat er betere online diensten moeten komen waar mensen muziek kunnen luisteren en films kunnen kijken. Wat er precies gaat veranderen horen we waarschijnlijk pas in de lente van 2012, wanneer de IPR Enforcement Directive wordt aangepast. Hier staat onder andere in wat is toegestaan op het gebied van filesharing en wat de Europese tactiek is op het gebied van piraterij.

Als derde benadrukt de EC dat het open karakter van internet moet blijven en dat daarom uitgebreide digitale bibliotheken met gratis content worden aangelegd. Daarbij moeten zogenaamde orphan works, werken waar kopierecht op rust maar waar de maker niet van bekend of kwijt is, worden vrijgegeven.

De blueprint van de EC geeft echter geen volledig overzicht van waar Europa mee bezig is. Parallel aan deze plannen worden nog talloze projecten uitgevoerd en conferenties gehouden op het gebied van internetrecht. Niet onbelangrijk: begin deze maand werd bekend dat de roamingkosten voor mobiel internet omlaag gaan in Europa. Vanaf 2012 mogen de kosten niet meer dan 90 cent per mb bedragen en vanaf 2014 wordt dit 50 cent per mb. Dat klinkt misschien nog veel, maar nu loopt dit bedrag op tot 3,50 per mb en zoals David eerder in een Uitpakparty ilustreerde zit je zo aan die mb.

Een vooruitgang dus. Maar dat Europa nieuwe wetten doorvoert wil niet zeggen dat deze automatisch worden opgevolgd. Dit jaar werd een wet aangenomen die moest zorgen voor betere privacybescherming online, de zogenaamde Cookie Directive. Voor 25 mei dit jaar moest elke lidstaat de nieuwe regels hebben geïmplementeerd maar er zijn twintig lidstaten die dit niet of te laat deden, waaronder Nederland. Daarop heeft Europarlementariër Neelie Kroes een brandbrief gestuurd aan een aantal lidstaten. Als ze zich niet kunnen verantwoorden lopen ze het risico om voor het Europees Hof te moeten verschijnen. Maar, het is natuurlijk maar de vraag hoeveel druk je als Europa kunt uitoefenen als het merendeel van de Europese landen je negeert.

En alsof de moeilijkheden rond deze nieuwe wet niet genoeg waren, gaf de commissie zelf ook een flinke trap tegen het vertrouwen van de Europeaan door Amerika ongestoord in persoonlijke data te laten graaien. Enige tijd bestond het idee dat er Europese cloud was, waar je data niet toegankelijk warenvoor overheden buiten de EU. Die cloud bleek echter een wassen neus nadat de Amerikaanse overheid via een beroep op de zogehete Patriot Act toch aan data kon komen, die door Amerikaanse bedrijven in Europa gehost is. De Europese Commissie deed weinig aan dit voorval.

Op korte termijn moeten we niet veel verwachten van een algemeen Europees internetrecht. De lidstaten hebben iets weg van een uit de kluiten gewassen schoolklas die zich niet aan de regels houdt en willen we wel een Europees aangestuurde markt als die geen bescherming biedt voor onze informatie? Toch gaan we heel langzaam vooruit. Na de cookiewetgeving en het mobiele internet gaan we de eerste veranderingen zien in de film- en muziekindustrie. Staat er één grote internetmarkt in 2020? Niet als het in dit tempo doorgaat.