Eerste indruk: Canon 1000D

Eerste indruk: Canon 1000D

Update: 29 april 2018 om 11:12
PRAAT MEE!
hoofdredacteur

De markt voor digitale spiegelreflexcamera's begint volwassen te worden. De instapmodellen worden goedkoper en compacter.

Canon brak 'm vijf jaar geleden open met de 300D. De opvolgers brachten meer functies en werden goedkoper. De concurrentie kwam langzaam op gang, maar doet inmiddels volop mee, met Nikon voorop. Ze winnen vooral terrein aan de onderkant met betaalbare instapmodellen. Canons instapmodel was de 450D. De Nikon D60 is echter goedkoper en de Olympus E-420 is bovendien een stuk compacter. Canon reageert met de 1000D.

De 1000D is niet zo klein als de E-420 van Olympus maar voelt heel compact. Je zou 'm bijna aanzien voor een Powershot G9 compactcamera - zo lang je er geen telelens op zet. De 1000D heeft net als zijn grotere broer 450D LiveView op het display, maar het display is kleiner (2,5 ipv 3 inch), heeft minder megapixels (10 in plaats van 12, maakt ook niet zoveel uit trouwens), 7- in plaats van 9-punts autofocus (is geen ramp) en een andere chip die het wat minder doet bij hogere ISO-waarden (fijnproeverspuntje). Opofferingen zijn het om in prijs te kunnen zakken. Groot pluspunt is de nieuwe batterij van de 1000D die een langere adem heeft. En de prijs. Bij Bol.com bijvoorbeeld betaal je voor een 1000D body 439 euro en voor een 450D 729. (En voor een Nikon D60 body 459 euro.)

Wil je de overstap maken van een compact- naar een spiegelreflexcamera, wat in vijf jaar tijd de helft goedkoper is geworden, dan doet Canon weer volop mee met de 1000D. Persoonlijk vind ik de body net iets te klein. Ik bedoel, als je toch voor een betere camera gaat waar echte lenzen op kunnen, dan mag je best wat in handen hebben.