
Sex and the Server: Mr Jummy Jummy
Verlangen is lekker, zeggen ze.

Verlangen kan zó lekker zijn dat het soms beter is er niet aan toe te geven. Ik heb het letterlijk aan den lijve ondervonden. Had ik weken vurig verlangd naar die stoere jongen uit de bovenbouw, bleek hij een aanfluiting in bed. Had ik heimelijk gefantaseerd over die man die iedere week in het eettentje kwam waar ik bediende, liet hij me zijn fornuis schoonmaken na ons eerste etentje!
Boeddha had gelijk, verlangen maakt meer kapot dan je lief is. Toch zou ik er zo weer aan toegeven. Ik kan best discipline opbrengen, maar als mister Jummy Jummy zich aandient, zul je mij niet horen antwoorden: 'Ik sla even over, ik verlang liever naar je'.
Dat verlangen zo’n genot en zo’n kwelling tegelijk kan zijn merkte ik de afgelopen dagen weer. Opeens was die gruwelijke knoop in mijn buik terug, die cocktail van vlinders en maagpijn. Ik had maar één keer vluchtig met hem kennisgemaakt maar sindsdien had ik hem honderden keren gegoogled. Ik smachtte ernaar hem weer te zien. En aan te raken, hem traag - of snel - met mijn vingertoppen te beroeren.
Hij is echt een babe-magnet. Sierlijk en stoer tegelijk. Serieus, maar ook stout. Want hij mag er dan uitzien als een onberispelijke designgod, hij is ook een regelrechte pornokoning. Natuurlijk weet ik dat hij niet perfect is, maar juist die imperfectie maakt hem zo woest aantrekkelijk. En ik weet dat er zat anderen zijn die waarschijnlijk beter bij me passen maar toch wil ik hem.
Het zal bij verlangen moeten blijven. Hij en ik, het zit er niet in. Ik had namelijk net mijn abonnement verlengd op de dag dat het nieuws naar buiten werd gebracht dat hij zou komen. Voor mij is het een man, maar de iPhone kan net zo goed vrouwelijk zijn. Dan zou ik trouwens nog steeds gek worden van verlangen. Want dat word ik: knet-ter-gek van verlangen naar een gadget. Wie had dat ooit gedacht: alle mannen kunnen me gestolen worden, ik wil alleen nog maar de iPhone.