BMW 530e: de conclusie
De conclusies na 4 weken

Duurtest BMW 530e: slimmer geworden, niet slim geboren

26 juni 2020 om 14:10
Laatste update: 5 juli 2020 om 10:19

Na vier weken neemt Bright-autotester Rutger Middendorp afscheid van de BMW 530e plug-in hybride. Hoe zuinig reed hij? En welke conclusies zijn er te trekken?

Rutger Middendorp test voor de Bright Duurtest elke maand een andere auto.

Vier weken lang reden we met een plug-in hybride BMW 5 serie van 100.000 euro. Die zin gaan we even ontleden. We beginnen bij de 100.000 euro. Bij een BMW van een ton denk ik aan een M5 of een 7-serie vol speelgoed, maar deze onopvallende directeurswagen kost het ook.

Dat komt voor 40 procent op conto van de opties die er op zitten en dat maakt het lastig om een oordeel te vellen. Want als auto van 100.000 euro raad ik hem af. Als auto van 60.000 euro zou hij best de moeite waard kunnen zijn, maar heb ik hem niet kunnen ervaren. Ik zat met een geventileerde bips op leer van 4000 euro door m’n head-up display te kijken terwijl mijn rug gemasseerd werd. True story. Dat heb je met de instapper niet. 

Maar 40 km elektrisch bereik

Die instapper kenmerkt zich vooral door het feit dat het een plug-in is. Een benzineauto met een elektrische motor en accu als bonus. Zo’n 40 kilometer haalde ik daarmee. Bij thuiskomst plugde ik de Beamer braaf weer in en zo kwam ik op een verbruik van zo’n 1 op 30. Dat kan zuiniger. Als ik er geen retourtje Amsterdam mee had gedaan bijvoorbeeld. Dat kan ook minder zuinig: als ik twee keer per week een retourtje Amsterdam zou doen. 

Of de plug-in bij je past ligt dus grotendeels aan je gebruik. Wie zelden langere stukken rijdt, kan bijna alles elektrisch doen. Wie vaak langere stukken rijdt, zal niet zo gek veel merken van de invloed van de batterij op het verbruik. Hoe slim de software ook is: een accu met 40 kilometer bereik kan maar zoveel doen.

Maar of je het nou leuk vindt of niet, de plug-in hybride gaat gemeengoed worden. Om aan uitstooteisen te voldoen zullen de accu’s noodzaak worden in plaats van luxe. Accu’s geven steeds meer bereik per kubieke centimeter dat ze aan ruimte innemen en zo gaan we langzaam een fase in waarin volledig elektrisch en deels elektrisch de norm is. De brandstofmotor krijgt letterlijk een steeds kleinere rol. 

Gemak

Deze specifieke versie van deze auto was een feestje: kleine details maken het leven makkelijker. Zo leest de BMW niet alleen verkeersborden, hij suggereert daarna ook een instelling voor de cruisecontrol. Rijd de bebouwde kom in en met één klik op het stuur ga je van de cruise-control op 80 naar 50 km/u. Rijd de snelweg op en je klikt met één knop naar de 130, eh, 100 km/u.

De interface op de middenconsole is een slimme combinatie van fysieke knoppen en touch knoppen die soms een extra interface op het scherm toveren. Stap in en je iPhone wordt draadloos via Carplay verbonden, waardoor al je apps bereikbaar zijn op het scherm. Log in op Spotify in de auto zelf en je playlists verschijnen onder de knoppen van je stuur. Overal is over nagedacht.

Opeenstapeling van losse ideeën

Is het daarmee een briljante auto? Nee. Het voelt als een opeenstapeling van losse ideeën. Als een auto die steeds slimmer is geworden, niet slim is geboren. Ik voel door de variatie in interfaces een hele geschiedenis aan iteraties van de 5-serie achter me. Als dit je zoveelste 5-serie is, zal je dat niet eens opvallen. Maar waar ik in een moderne Mercedes het gevoel krijg dat ze alles over de kop hebben gegooid en opnieuw zijn begonnen, voelt het in de BMW als de laatste verfijning van een idee.

De nieuwe elektrische BMW iX3 en i4 Concept die we een paar weken geleden alvast bekeken laten dat ook zien. We gaan duidelijk een nieuwe fase tegemoet in mobiliteit en deze 530e wijst ons de weg, maar is niet de bestemming.