Rechtszaak tegen Google-top om verzwijgen seksuele intimidatie

Een aandeelhouder van Alphabet heeft een rechtszaak aangespannen tegen de directie omdat het moederbedrijf van Google seksueel overschrijdend gedrag van leidinggevenden onder de pet zou hebben gehouden.

De aandeelhouder verwijt de bestuurders, onder wie Google-oprichters Larry Page en Sergey Brin, dat ze de informatie over seksuele intimidatie door leidinggevenden niet deelden met beleggers, meldt Bloomberg. "In plaats daarvan mochten de hooggeplaatste leidinggevenden vertrekken met riante afkoopsommen."

Het gaat daarbij onder meer om Android-bedenker Andy Rubin, die in 2014 90 miljoen dollar meekreeg bij zijn vertrek. Uit onderzoek van The New York Times bleek vorig jaar dat Rubin vertrok nadat bekend was geworden dat hij een vrouwelijke medewerker met wie hij een affaire had, tegen haar zin zou hebben gedwongen tot orale seks. Rubin ontkent de beschuldigingen.

"Het gedrag van Rubin en andere leidinggevenden was smerig, illegaal, immoreel, vernederend voor vrouwen en in tegenspraak met elk principe waarvoor Google zegt te staan", schrijft de aandeelhouder.

Werknemers steunen rechtszaak

Hoewel Google altijd heeft beweerd dat Rubin zelf de beslissing heeft genomen om iets anders te gaan doen, reageerden veel medewerkers van de techgigant boos nadat de details over zijn vertrek bekend werden. Zij organiseerden in november een protest tegen de wijze waarop het bedrijf de zaak met Rubin had afgehandeld.

De werknemers die de staking organiseerden, ondersteunen de rechtszaak, schrijven ze in een verklaring. Zij schrijven dat er bij Google ‘een cultuur van racisme, discriminatie en seksuele intimidatie’ bestaat, en pleiten voor structurele veranderingen bij het bedrijf.