Politie stopt met inzet roofvogels tegen drones
De politie zet niet langer roofvogels in om ongewenste drones uit de lucht te halen.
Na een jaar stopt de politie met het project, omdat 'deze vorm van vernieuwing niet het gewenste resultaat heeft'. Dat schrijft de politie op zijn website. Volgens Marjolein Smit-Arnold Bik, diensthoofd van de Dienst Landelijke Operationele Samenwerking (DLOS) levert het niet genoeg op. "We hebben de balans opgemaakt. Het zelf trainen, houden en inzetten van de roofvogels blijkt in de praktijk complexer en lastiger uitvoerbaar dan eerder uit het project bleek."
Geen business case
Daarnaast liepen de kosten op en bleek er minder vraag naar dan gedacht. Volgens het diensthoofd moet de politie concluderen dat er 'geen sluitende business case' is. Er wordt nu gekeken naar alternatieven om drones te onderscheppen.
Ook speurratten, die de laatste jaren werden ingezet voor opsporingsdoeleinden, worden niet meer gebruikt. De dieren werden getraind om onder meer illegaal vuurwerk, nepsigaretten en menselijke botresten te herkennen. Het 'operationeel krijgen' van de ratten bleek niet goed haalbaar. Voor de ratten is een 'goed onderkomen' gevonden, de roofvogels gaan naar een 'geschikte locatie waar deskundige verzorging is gegarandeerd'.