'Overheid VS denkt over verbod op zware encryptie'
De Amerikaanse Nationale Veiligheidsraad (NSC), die president Trump adviseert, heeft deze week gesproken over het aan banden leggen van zware encryptie.
Tijdens de bijeenkomst op woensdag spraken afgevaardigden van de belangrijkste Amerikaanse opsporings- en inlichtingendiensten over de vraag of er wetgeving moet komen die techbedrijven verbiedt om encryptie te gebruiken die niet te kraken is. De deelnemers slaagden er nog niet in om tot een besluit te komen. Dat meldt Politico op basis van ingewijden.
De laatste jaren zijn grote techbedrijven meer gebruik gaan maken van encryptie in hun producten. Zo maken chat-apps zoals WhatsApp inmiddels gebruik van end-to-end-encryptie, waardoor alleen de verzender en de ontvanger een bericht kunnen lezen.
Daarmee spelen zij in op de wens van consumenten. Geruchtmakende hacks en de onthullingen in 2013 van Edward Snowden over de afluisterprogramma's van de Amerikaanse overheid hebben ervoor gezorgd dat burgers zich vaker zorgen maken over de beveiliging van hun digitale gegevens.
Buitenlandse spionnen
Een verbod op zware encryptie zou het voor opsporings- en inlichtingendiensten makkelijker maken om bijvoorbeeld mee te lezen met verdachten. Daar staat tegenover dat het verzwakken van de versleuteling het gebruik van allerhande digitale diensten, van chat-apps tot online bankieren, voor iedereen onveiliger maakt.
Slechtere encryptie is immers niet alleen prettig voor (geheim)agenten die onderzoek willen doen, maar ook voor hackers, criminelen en buitenlandse spionnen. Voor hen wordt het eveneens makkelijker om toegang te krijgen tot iemands bankrekening, berichten of foto's als techbedrijven worden verplicht om de beveiliging minder goed te maken.
Binnen de Amerikaanse overheid zijn de meningen over het aan banden leggen van encryptie van oudsher verdeeld. Terwijl Justitie en de federale recherche (FBI) vinden dat het opsporen van criminelen en terroristen belangrijker is dan goede encryptie, zijn de ministeries van Handel en Buitenlandse Zaken juist de tegenovergestelde mening toegedaan.