Fujifilm geeft zijn leukste camera een flinke update

De Fuji X100-serie is al jaren geliefd onder fotografen. De nieuwe X100F maakt de camera met een paar vernieuwingen nog aantrekkelijker.

Hoewel camera’s op telefoons steeds beter worden, gaat er nog steeds niks boven een losse camera. De Fuji X100-camera’s zijn sinds 2011 een leuke keuze voor wie geen grote, zware camera wil meezeulen maar wel goeie foto’s wil maken, bijvoorbeeld op reis. De camera’s maken met hun vaste 23 millimeter-lens dat je alles vastlegt zoals je het ziet, en soms ook je best moet doen voor een goed shot. Net zoals bij Leica-camera’s, maar dan zonder dat je er een tweede hypotheek voor hoeft af te sluiten.

De Fuji X100-camera’s hebben knoppen voor sluitertijd, belichtingscompensatie en diafragma maken de camera veelzijdig om te gebruiken en veel meer dan simpelweg richten en schieten. De nieuwe X100F – F voor four, de vierde in de serie – heeft grotendeels hetzelfde onopvallende retro-ontwerp als zijn voorgangers. Nieuw is een fysieke knop voor de ISO-waarde. Die is gecombineerd met die voor sluitertijd: trek hem omhoog en je kan draaiend makkelijk de ISO instellen.

Snellere autofocus

Ook nieuw is een extra wieltje aan de voorkant van de camera, waar je verschillende functies aan kan koppelen. De autofocus is sneller en heeft nu 91 focuspunten, waar dat er op het vorige model nog 49 waren. Met een nieuw joystickje kun je die punten bovendien veel sneller selecteren. Overige knoppen zijn allemaal naar de rechterkant van de camera verplaatst, zodat je alles makkelijker met één hand kan bedienen.

De X100F heeft een 24-megapixel sensor, waar de vorige een 16-megapixel-sensor sensor had. De hybride zoeker is ook nog steeds aanwezig: met een schakelaar wissel je tussen een optische zoeker, elektronische zoeker of een mix tussen die twee, met een elektrisch venster in de hoek van het optische zicht. De Fuji X100F komt in februari in zilver/zwart en zwart op de markt voor 1299 dollar, een europrijs is nog niet bekend.