Onderzoek naar laadpalen: grote verschillen tussen gemeenten

Van de Nederlandse gemeenten biedt 21 procent geen mogelijkheid om een laadpaal voor een elektrische auto aan te vragen. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek.

Na de trage start met de Nissan Leaf, de BMW i3 en de Renault Zoe als voortrekkers van elektrisch rijden is afgelopen jaar een belangrijk omslagpunt geweest. Het aantal elektrische auto's in Nederland verdubbelde in één jaar. 

Vattenfall (vroeger Nuon) heeft onderzocht hoe het gesteld is met de openbare laadinfrastructuur. Er worden voortdurend nieuwe laadpalen geplaatst, maar per gemeente zijn er grote verschillen in de laadmogelijkheden voor elektrische auto's, de aanvraagprocedures voor een nieuwe paal en de termijn waarin de gemeente reageert.

Amsterdam en Terschelling aan kop

De grote verliezer in de race naar vooruitgang is op dit moment het Gelderse West Maas en Waal: de enige gemeente in Nederland waar geen enkel publiek laadpunt staat. Amsterdam heeft de meeste publieke laadpunten met 3336.

Een andere winnaar is Terschelling waar per 25 huishoudens een laadpunt te vinden is. Door het autodeelprogramma dat daar gelopen heeft, staan er maar liefst 100 laadpunten op het eiland. Oldambt in Groningen scoort niet zo best. Per 9015 huishoudens is er één laadpunt.

Logischerwijs zijn er in sterk verstedelijkte gemeentes meer openbare laadpunten, omdat de vraag daar groter is. Niet veel Amsterdammers hebben immers een oprit. Terwijl in gemeente Oldambt de meeste rijders van een elektrische auto deze op eigen grond zullen kunnen parkeren.