Videobellen

Overheid liet videobelplatform bouwen voor 9 ton, deed er niks mee

27 januari 2022 om 12:17
Laatste update: 27 januari 2022 om 12:17

De Rijksoverheid wilde in 2020 zelf een 'extra beveiligd' videovergaderplatform ontwikkelen. Er werd 886.000 euro aan uitgegeven, maar het platform is nooit gebruikt.

Zonder aanbesteding werd een prototype van het videobelplatform ontwikkeld. Daar is meer dan 886.000 euro aan uitgegeven. Het platform is uiteindelijk nooit gebruikt omdat het niet gebruiksvriendelijk genoeg bleek te zijn. Dat bevestigt het ministerie van Binnenlandse Zaken na een bericht in de Volkskrant.

De Uitvoeringsorganisatie Bedrijfsvoering Rijk (UBR) gaf de stichting New Trust Foundation (NTF) de opdracht een 'Dutch Secure Mobile Communication Platform' te bouwen, zo staat in een rapport van de Audit Dienst Rijk. Vanwege de spoed waarmee het videobelplatform er bij het begin van de coronapandemie zou moeten komen vond er geen aanbesteding plaats.

Nederlandse servers

Het platform werkte via de webbrowser en draaide op servers in Nederland. Het had een veiliger alternatief moeten zijn voor tools als Zoom. 

Het Rijk gebruikt voor videobellen momenteel Webex, nadat het beveiligingsniveau van die dienst 'voldeed aan het delen van vertrouwelijke informatie'.

Met eigen bestuursleden in zee

Het Rijk vroeg bij het uitbreken van de crisis, waardoor ook veel ambtenaren vanuit huis moesten werken, een aantal overheidsorganisaties om te kijken wat de mogelijkheden zouden zijn voor zo'n eigen platform. De UBR werkt via de stichting NTF "samen met ook marktpartijen", legt het ministerie uit. Zo ging NFT "met het bedrijf van een van haar eigen bestuursleden in zee".

Dit is gebeurd "om de vaart in het proces te houden". Maar "hoewel het argument snelheid nadrukkelijk speelde, hadden we absoluut geen overeenkomst moeten aangaan met een van haar eigen bestuursleden", geeft het ministerie toe. "De inhuur had aanbesteed moeten worden."

Videovergaderen in de metaverse: