Kabinet erkent: verkoop elektrische auto's gaat dalen door wegenbelasting

Het kabinet verwacht een daling van de verkoop van nieuwe elektrische auto's in 2025 en 2026. Vanaf dan moet er namelijk voor stekkerauto's ook motorrijtuigenbelasting betaald worden. Daardoor valt het bezit van een EV vaak duurder uit dan van een vergelijkbare benzineauto.

Dat schrijft demissionair staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) in antwoorden op Kamervragen. Ze baseert zich op berekeningen over de totale kosten van het autobezit, die in opdracht van haar ministerie zijn gemaakt. Elektrische auto's in de segmenten A tot en met C (kleinere tot middenklasse auto’s) zijn gemiddeld per jaar honderden euro's duurder dan vergelijkbare benzineauto's. Het gaat dan bijvoorbeeld om de Renault ZOE, Nissan Leaf, Dacia Spring en de Hyundai Ioniq.

Motorrijtuigenbelasting

De hogere kosten komen mede door het kabinetsbeleid, erkent Heijnen. Zo moet er vanaf 2025 een relatief veel motorrijtuigenbelasting (MRB) voor elektrische auto's betaald worden. EV's wegen door hun accu's meer, waardoor de MRB hoger uitvalt. "Hierdoor moet je voor een elektrische auto tussen de 200 en 500 euro per jaar meer MRB betalen dan een vergelijkbare benzineauto", aldus Heijnen. Over een 'gewichtscorrectie' voor elektrische auto's zijn nog geen afspraken gemaakt.

In de A-klasse zijn de totale kosten van benzineauto's per jaar zo'n 700 euro lager dan die van vergelijkbare kleine stekkerauto's. Bij de B-klassers is het verschil per jaar 950 euro in het voordeel van benzineauto's en in de C-klasse is dat verschil jaarlijks zo'n 500 euro. Bij de D-klasse (auto's van gemiddeld 59.000 euro) zijn de kosten ongeveer gelijk. Bij de E-klasse (gemiddeld 102.000 euro) zijn de EV's wel 9500 euro per jaar goedkoper dan benzine-auto's.

Daling verkoop verwacht

Heijnen verwacht dat er hierdoor minder elektrische auto's zullen worden verkocht. "Verwacht wordt dat hierdoor de nieuwverkoop van elektrische auto’s in 2025 en 2026 daalt ten opzichte van 2024, waardoor ook de tweedehandsmarkt moeilijker op gang komt." In 2030 is volgens de staatssecretaris 60 procent van alle nieuw verkochte auto’s volledig elektrisch en zo’n 15 procent van het gehele personenwagenpark.

De maandelijkse kosten berekend over de eerste 4 jaar bij 15.000 km per jaar.

Overgang vertraagd

Voor de overgang naar elektrisch rijden is het volgens Heijnen belangrijk dat de totale kosten van het bezit van een elektrische auto lager worden dan die van een auto met een verbrandingsmotor. "Wanneer niet aan de voorwaarde wordt voldaan, zal de overstap niet zo snel worden gemaakt. Als wel aan deze voorwaarde is voldaan, betekent dit echter niet dat de overstap ook daadwerkelijk gemaakt zal worden."

De staatssecretaris wijst er wel op dat de berekeningen uitgaan van gemiddelden. "Veel hangt samen met het aantal gereden kilometers en tegen welke prijs kan worden geladen." Bovendien kunnen de prijzen voor zowel energie als brandstoffen flink schommelen. 

Meer nieuws over elektrische auto's.